Stadshistoricus Menno Potjer breekt een lans voor Johannes Fontanus, de man die het protestantse karakter van Arnhem meer dan 300 jaar heeft bepaald. Johannes Fontanus woonde en werkte er 37 jaar, vanaf zijn 33e levensjaar in 1578 tot 1615. Tegenwoordig vinden we dat hij te streng was in het verkondigen van zijn geloof en het vaststellen van regels voor fatsoenlijk gedrag, maar dat was toen gebruikelijk, niet alleen bij de meeste protestanten, maar ook bij vele katholieken. En daarnaast toonde hij veel mildheid tegenover arme weduwen en wezen en gaf arme studenten een kamer in zijn huis, kortom hij deed veel goeds. Hij was niet uit op eigen gewin, maar nam genoegen met een bescheiden jaarinkomen. Dapper was hij ook: hij durfde een half jaar in Nijmegen te werken toen de pest daar heerste (1598) en hij durfde naar het katholieke Huissen te gaan toen daar protestanten werden vervolgd (1609). Bij die gelegenheid werd hij bijna gelyncht. Kortom, net als zijn tegenstrever Johan van Oldebarnevelt, een man van velerlei verdienste.